Telegraaf ; Vrouw vr 26 jul 2013, 06:30

 door Hanna Gillissen

GEZONDHEID – En ja hoor… wéér een blaasontsteking. Onze verslaggever Hanna was het zat en liet zich onderzoeken. “Te gespannen bekkenbodemspieren”, luidde de diagnose. Hopelijk kan de  bekkenfysiotherapeut haar verder helpen?

“Jij bent het klassieke voorbeeld van hoe het niet moet”, concludeert Karlijn Schweitzer, gynaecoloog bij Bergman Clinics, Kliniek voor Vrouwen zorg (voorheen Alant Vrouw). Ik bezocht haar omdat ik nu wel eens wilde weten waar die terugkerende blaasontsteking toch vandaan komt. Het hele verslag van dit bezoek lees je dit weekend in VROUW magazine.

Plas ophouden

Volgens Karlijn hou ik mijn bekkenbodemspieren veel te gespannen en dat heeft gevolgen voor mijn plasgedrag. Ik hou mijn plas te lang op, waardoor er gemakkelijker een infectie optreedt. Daarom ga ik naar een bekkenfysiotherapeut waar ik moet leren mijn bekkenbodemspieren te coördineren.

Ik ben zeker niet de enige jonge vrouw, die bij haar aanklopt, stelt Bettyleen de Vries, bekkenfysiotherapeut bij praktijk Noorder Spaarne in Haarlem, me gelijk gerust. “Mensen koppelen bekkenfysiotherapie vaak aan zwakke bekkenbodemspieren, maar het kan ook zijn dat je ze teveel aanspant; een overactieve bekkenbodem hebt. En dat je daardoor urine verliest of blaasontstekingen krijgt.”

Spieren

“De blaas is in principe een goed bestuurbaar orgaan, mits er geen anatomische afwijkingen/beschadigingen zijn, legt Bettyleen uit. “Het sluitsysteem van de blaas wordt voor een belangrijk deel gevormd door de bekkenbodemspieren. Deze spieren bevinden zich in de bodem van het bekken en zorgen voor onder andere het afsluiten en openen van je plasgaatje. Daarbij spelen ze ook een belangrijke rol bij ontlasten en seksualiteit.”

Hoe plas je op zo’n manier dat je de kans op blaasontsteking verkleint? Bettyleen tipt:

  • Zorg voor een goed gevulde blaas. Dat betekent minimaal 1,5 – 2 liter  drinken per dag.
  • Gemiddeld plassen we 6-8 keer per 24 uur. Dat betekent overdag gemiddeld om de 3 uur.’s Nachts niet of 1 keer, afhankelijk van meerdere factoren.
  • Zorg ervoor dat je tijdens het plassen je bekkenbodemspieren goed blijft ontspannen. Anders druk je de plasbuis dicht waardoor de plas er niet in 1x  uit gaat. Dan blijft er gemakkelijk urine achter en heb  je eerder kans op een blaasontsteking.
  • Laat je broek en onderbroek op de enkels hangen. Op de knieën is niet laag genoeg, dan moet je namelijk de binnenkant van je bovenbeenspieren aanspannen (en kun je de bekkenbodemspieren minder goed ontspannen) om je broek hoog te houden.
  • Zit rechtop, zodat je blaas mooi boven je plasbuis zit. Het zit in onze cultuur om ‘even snel te plassen’, dat zijn we gewend. Maar je moet er echt voor gaan zitten. Anders krijg je je blaas nooit goed leeg. En hoeveel tijd ben je er nu daadwerkelijk mee kwijt?
  • Pers nooit mee, dat drukt de plasbuis zelfs een beetje dicht. Hou je buik ontspannen, dan kunnen je bekkenbodemspieren ook beter ontspannen.
  • Kantel na het plassen je bekken een keer of zes om de laatste restjes urine eruit te krijgen. Dat kantelen doe je door in te zakken en weer recht op te strekken.
  • Is het toilet zo vies dat je er niet op wilt zitten? Ga door je knieën, maak je rug hol en steun met je handen net boven de knie. Dan zit de blaas anatomisch het beste boven de plasbuis.

Toilettraining

Als huiswerk krijg ik bovenstaande toilettraining mee. Ook adviseert Bettyleen me om af en toe in Boeddhahouding op de bank te gaan zitten of liggend in bed met de voetzolen tegen elkaar aan. “Daarmee rek je de bekkenbodemspieren wat op en wordt het gemakkelijker om die te ontspannen.”

Verder ga ik een dag lang bijhouden hoeveel ik drink, hoe vaak ik plas en hoeveel ik plas. De volgende keer moet ik met een volle blaas naar de fysiotherapeut komen; er wordt dan een echo van mijn blaas gemaakt om te bepalen of ik goed heb uitgeplast. Bettyleen: “We gaan dan ook met de bekkenbodem aan de slag. En ik denk dat je dan al een heel eind bent…”